Je spreekt van een kinderdans als de dans voor een deel gebaseerd is op bestaande kindervolkdansen en aangepast is aan het niveau van de doelgroep.
Een kinderdans bestaat meestal uit de volgende elementen:
Een kinderdans bestaat meestal uit de volgende elementen:
- Opstelling: alleen, in paren, frontkring, flankkring, rijen tegenover elkaar, ...
- Houding: handen op schouderhoogte (w-houding), armen ingehaakt, ... Ook wanneer twee dansers samen een houding aannemen kan het een bepaalde naam krijgen (bijv. ballroomhouding: een hand vast, andere arm op de schouder of rug van de partner).
- Basispassen: bijtrekpas, kruispas, galoppas, ...
- Figuren: rug aan rug, molen, de lift, ...