De ruimte van een kamer heeft verschillende niveaus. Het hoogste niveau is het plafond, het laagste niveau is de vloer. Ook met je lichaam kan je hoge of lage bewegingen maken. Denk aan de moderne dans 'floorwork' waarbij alle bewegingen laag gebeuren.
Experimenteer samen met je leerlingen de verschillende lagen van bewegen. In dans wordt er een onderscheid gemaakt tussen de hoge laag (op de tenen, opgestrekt), de middenlaag (tussen de knie en schouderhoogte) en de diepe laag (alle bewegingen onder de kniehoogte).
Experimenteer samen met je leerlingen de verschillende lagen van bewegen. In dans wordt er een onderscheid gemaakt tussen de hoge laag (op de tenen, opgestrekt), de middenlaag (tussen de knie en schouderhoogte) en de diepe laag (alle bewegingen onder de kniehoogte).